Waarom schrijf ik deze titel zo? Nou precies omdat het zo voelt wanneer je in een designproces zit waarin je vast bent gekomen. Dan denk je niet van ‘er moet een oplossing zijn’. Nee, dan kom je op het punt dat je denkt ‘er kan simpelweg niet géén oplossing zijn’. Dat kan niet waar zijn!
Ik neem je graag mee in het uitdagende proces waarin een vormgever terecht kan komen. En dit kan super creatief zijn, maar ook heel technisch. Als grafisch vormgever werk je altijd binnen gestelde kaders. Denk hierbij aan de vorm van de uiting (de afmetingen bijvoorbeeld), de inhoud die in de uiting verwerkt moet worden, kleuren waarmee je werkt, een foto die er persé in moet. Allemaal kaders waarbinnen we de creativiteit moeten laten gelden. Hoe meer je getraind bent hoe sneller je hiermee kunt denken. Simpelweg omdat je al zoveel verschillende variaties hebt gemaakt in het verleden. Je weet als vormgever dan wat er kan, of hoe een vlakverdeling lekker in elkaar zit.
Er zijn twee vormen van vast komen zitten in het designproces die best wel wat frustratie kunnen opleveren. Het voelt dan een beetje of je vast bent komen zitten in een moeras waar je nauwelijks kunt bewegen om eruit te komen. Dit klinkt heel zwaar, maar voor mij als vormgever is het de wetenschap in welke fase van het proces ik zit: ik ben er gewoon nog niet, ik moet door. Elke millimeter aan verandering is een beweging naar de mogelijke oplossing. Alsof je het draadje zoekt waarmee je ineens dat hele bolletje garen afrolt. Maar zolang je in dat moeras vast zit dan kun je werkelijk alleen maar denken ‘ik moet door, want ik kan niet met geen oplossing aan komen zetten bij de opdrachtgever’.
De eerste vorm van ‘vastzitten’ is in het creatieve proces. Je ontwerpt bijvoorbeeld een logo met nieuwe huisstijl. Wanneer je met de ontwikkeling ervan bezig bent, dan kijk je continue naar iets dat ‘het nog niet is’. En precies dat gevoel drijft je voort om te veranderen. In het begin van het proces is dat oké. Het is gewoon starten, zoeken en een eerste stabiele vorm vinden waarmee je verder kunt. Wanneer dit te lang duurt.. oh boy, dan wordt het frustrerend. Van het scherm afgaan, een dag laten rusten en dan opnieuw kijken zijn goede methodes. Maar ook die brengen soms niet dat eureka moment. Dan kun je het volgende doen; doorgaan met het beste dat er tot nu toe is of opnieuw beginnen en weer helemaal blanco starten. Als je doorgaat met het beste resultaat tot dusver, dan begint dus het spel van kleine toevoegingen en veranderingen om tot de oplossing te komen. Opnieuw beginnen is overigens een keuze die ik zelden maak. Omdat ik niet voor niets tot de creatie van dat moment ben gekomen.
De tweede vorm is wanneer je technisch vastloopt. Je hebt meer tekst dan pagina, of een tabel die te veel velden krijgt, de leesbaarheid moet goed blijven en hoe krijg je dan de tekst mooi verdeeld over de pagina’s, of je wilt een hoofdstuk graag bij elkaar houden op één pagina, ga zo maar door. Dan komt er een andere worsteling naar boven, waarbij je echt slim moet nadenken (met alle technische skills die je hebt om met het designprogramma te werken) hoe je dit oplost. Maar ook hierbij… geen oplossing is geen optie. De klant wil een passend eindresultaat. Dat kan soms écht zwoegen zijn.
Wat soms heel vervelend aan ons werk is: je ziet het niet in het eindresultaat. Wanneer je een folder openvouwt en alles is heerlijk in balans, dan is dat voor de kijker maar heel normaal. Of een logo met zo’n super abstract element en helemaal passend, dat het er zó logisch en simpel uitziet. Dat is alsof de kijker het direct begrijpt en omarmt. Dat kan wel eens frustrerend zijn.
Maar ik draai dit altijd om: wanneer het zo logisch en eenvoudig oogt, dat het voor de kijker 100% vertrouwd is en dat het klopt, dan heeft de vormgever zijn werk goed gedaan. Daar mag je trots op zijn. Dat bewijst dus ook dat er áltijd een oplossing is en zolang je de oplossing nog niet hebt je simpelweg door moet gaan in je ontwerpproces.
Ik ben nu eigenlijk wel benieuwd of dit verhaal voor mensen die géén vormgever zijn, een nieuwe kijk op creatief werk geeft. Want als ik je nu een opdracht zou geven, met kaders waarbinnen je mag werken en ik zou je een wit velletje papier geven… zou je er dan komen?
Auteur: Hanneke Pepers